Geschiedenis
Middeleeuwen (476 - 1400)
De middeleeuwen: in de zestiende eeuw werd er een beetje denigrerend over gedaan. Ze werden gezien als 'die eeuwen tussen de oudheid en de renaissance in', alsof de middeleeuwen niet noemenswaardig zouden zijn. Maar niets is minder waar: de middeleeuwen hebben zelfs heel veel moois voortgebracht, zeker op cultureel gebied.
Met name de romaanse tijd en de gotische tijd zijn cultureel gezien interessant. Misschien ben je al wel eens in een gotische kathedraal geweest: een knap stukje bouwkunst! Men bedacht ingenieuze bouwtechnieken om zo hoog mogelijk te kunnen bouwen, bijna letterlijk tot aan de hemel, met grote kleurrijke ramen voor veel lichtinval. De bevolking wilde als het ware een stukje hemel op aarde creëren. Dit is ook niet zo vreemd, want het geloof en de kerk speelden een grote rol in het leven van de middeleeuwse mens. Je moest een goed leven leiden, anders kon je je plekje in de hemel wel vergeten. De centrale rol van God is terug te zien in alle kunstvormen uit die tijd. Of het nou gaat om beeldende kunst, theater of muziek: kunst werd voornamelijk gemaakt om God te eren en om de bevolking de Christelijke leer te onderwijzen. Tegen het eind van de middeleeuwen werden de kunsten steeds minder sober.
Wist je dat?
- De middeleeuwse maatschappij was ingedeeld in drie standen? De geestelijken, de boeren en de adel.
- De pest, ook wel de zwarte dood genoemd, enorm veel slachtoffers maakte?
- De wetenschap in handen was van de kerk?
- Alleen de geestelijken konden lezen en schrijven?
- Kunstenaars in de middeleeuwen anoniem bleven? Het ging immers om God.
Renaissance (1400 - 1600)
In de renaissance brak, na de duistere middeleeuwen, een nieuwe tijd aan. Een tijd waarin de mens geïnspireerd werd door het gedachtengoed van de oude Grieken en Romeinen. Deze hernieuwde aandacht voor de klassieke oudheid, maar ook de bloeiende wetenschap, de ontdekkingsreizen en de opkomst van het humanisme zorgden ervoor dat de mens centraal kwam te staan. Humanisten geloofden in het ideaal dat de mens zelf alles kon leren en tot grote dingen in staat was. Leonardo da Vinci (1452 – 1519) was zo'n typisch renaissancemens: een duizendpoot. Hij was niet alleen schilder, maar hield zich ook bezig met wiskunde, filosofie, anatomie, architectuur en muziek.
Het leven draaide in de renaissance om het hier en nu en niet meer om God alleen. Het aardse leven werd belangrijker en dit leven hoefde niet meer alleen in dienst te staan van het eren van God en het veroveren van een plek in de hemel. Deze veranderende levenshouding had vanzelfsprekend invloed op de kunsten. In bouwwerken uit die tijd is dit bijvoorbeeld duidelijk terug te zien. Niet de hemelse verticale lijnen, maar juist de horizontale lijnen krijgen meer nadruk. De kunsten kregen, naast een kerkelijk karakter, ook steeds meer een wereldlijk karakter. Dit gold ook voor de muziek. Het accent lag nog steeds op de vocale muziek, maar er kwam wel steeds meer aandacht voor instrumentale muziek. De band tussen de tekst en muziek werd sterker en de puls meer regelmatig.
Grote vernieuwingen rondom meerstemmigheid kwamen van componisten zoals Guillaume Dufay (ca. 1397 – 1474), Johannes Ockeghem (ca. 1410 – 1497), Orlando di Lasso (ca. 1532 – 1594), Josquin des Prez (ca. 1450 – 1521), en Giovanni Pierluigi Palestrina (ca. 1525 – 1594). Met name de meerstemmige vocale composities zoals missen, madrigalen en motetten waren populair. De uitvinding van de boekdrukkunst zorgde ervoor dat de muziek beter bewaard bleef en sneller internationaal verspreid kon worden.
Wist je dat?
- De renaissance in Italië begon?
- De reformatie met Luther en Calvijn de scheiding van de katholieke en de protestantse kerk tot gevolg had?
- Michelangelo in de renaissance zijn beroemde beeld 'De David' maakte?
- De vorstenhuizen en de kerk de belangrijkste sponsors waren van de muziek?
- Het woord 'renaissance' Frans is voor wedergeboorte? (wedergeboorte van de klassieke oudheid).
Barok (1600 - 1750)
Aan het begin van de zeventiende eeuw (het begin van de stijlperiode barok), had men in de kunsten behoefte aan een meer menselijke invalshoek, in plaats van de rationele benadering van de renaissance. Niet alleen in de muziek, maar ook in de beeldende kunst, architectuur en literatuur zochten kunstenaars naar manieren om hun kunst dichterbij de echte mens te brengen, in plaats van het ideaalbeeld uit de renaissance. Dat had alles te maken met het opkomende idee van het humanisme: de mens is de kracht van alles. Schilders begonnen realistischer te schilderen, met meer emotie in de gezichten. Architecten ontwierpen hun gebouwen met onregelmatige vormen zoals in de natuur en ook componisten zochten naar manieren om menselijke emoties in hun muziek uit te drukken. De focus verschoof van kunst vanuit ratio, naar kunst vanuit emotie.
Er veranderde veel in de muziek van de barok. De kerktoonladders die in de renaissance de basis waren voor de muziek, maakten het soms lastig om expressiviteit in harmonie te laten klinken. Mede daardoor verdwenen in de barok de kerktoonladders naar de achtergrond en werd er gewerkt met twee toonladders: de majeur- en mineurtoonladder. Ritme werd ook anders benaderd. Door de uitbreiding van instrumentale ensembles konden er vaak meerdere verschillende ritmische lagen over de instrumenten verdeeld worden. Dit zorgde voor een behoefte aan gezamenlijke ankerpunten in de muziek: er ontstonden maatstrepen. Dat hielp ook bij de doorontwikkeling van de polyfonie, die tegen het eind van de barok een hoogtepunt bereikte. Daarnaast werd expressiviteit steeds meer benadrukt door het gebruik van versieringen (zoals trillers) en voortspinning. Met voortspinning wordt een melodie bedoeld die maar door en door gaat. Dit kan bereikt worden door middel van motiefverwerking, het herhalen en variëren op het eerste motief dat is gepresenteerd. Een veel gebruikte vorm van motiefverwerking is het gebruik van sequensen.
De expressiviteit van kunst was zo belangrijk in de barok, dat muziek werd gebaseerd op de zogenaamde affectenleer: een theorie die uitlegt hoe je verschillende emoties kan verklanken door verschillende toonsoorten, intervallen, akkoorden en ritmes te gebruiken. Door de hele barok heen kun je die emoties horen.
Wist je dat?
- Het woord 'barok' eigenlijk een scheldwoord was uit de zestiende eeuw?
- De barokcomponist Philipp Telemann in totaal meer muziek heeft geschreven dan welke andere componist ooit?
- De toon A in de baroktijd zo laag was dat het bijna een As was in de huidige stemming?
- De componist Johann Sebastian Bach twintig kinderen had?
Classicisme (1750 - 1810)
Het classicisme in de muziek begon in 1750 met het overlijden van Johann Sebastian Bach (1685 – 1750), de meester van de barok. Men ging de wereld om zich heen steeds beter begrijpen. Natuurkundige Isaac Newton wist de werking van de wereld door middel van eenvoudige vergelijkingen te beschrijven en de geschiedenis van de oudheid werd opnieuw ontdekt met vondsten als het Romeinse stadje Pompeii. Nieuwe componisten raakten geïnspireerd door deze herontdekking van de klassieke oudheid. De klassieke oudheid werd in het classicisme gezien als een tijd waarin het ideaal van kunst eenvoudig en helder was (in contrast met de barok) en waarin de muziek steeds grootser, ingewikkelder en meer polyfoon werd. Componisten als Wolfgang Amadeus Mozart (1756 – 1791), Joseph Haydn (1732 – 1809) en Ludwig van Beethoven (1770 – 1809), samen ook wel aangeduid als de Eerste Weense School, werden gezien als de belangrijkste componisten van het classicisme.
Wist je dat?
- Het strijkkwartet per ongeluk is ontstaan omdat Haydn iets moest schrijven voor het aantal muzikanten dat toevallig in de buurt was?
- Don Giovanni, de grote verleider uit Mozarts opera, vermoedelijk in zijn leven 1001 Spaanse vrouwen, 640 Italiaanse vrouwen, 231 Duitse vrouwen, 100 Franse vrouwen en 91 Turkse vrouwen zou hebben verleid?
- Beethoven niet door had dat zijn publiek razend enthousiast applaudisseerde bij de première van zijn negende symfonie, omdat hij te doof was geworden om het te horen?
Romantiek (1810 - 1910)
Vanaf het eind van achttiende eeuw raakte de wereld in een stroomversnelling. Het verlicht denken ontketende politieke revoluties in de Verenigde Staten en Frankrijk. Rond 1750 begon in Engeland de industriële revolutie. Dit leverde machines op die met vuur en stoom veel sneller konden werken dan mensen dat konden. Fabrieken werden uit de grond gestampt en arbeiders trokken naar de steden om in de fabrieken te werken. De elite genoot van de groeiende welvaart. Het verschil (of de kloof) tussen arm en rijk werd steeds groter.
Als reactie op de beklemmende orde en logica van de verlichting kwam in de romantiek juist het gevoel centraal te staan. Kunstenaars ontvluchtten het dagelijks leven door onder andere inspiratie te halen uit de schoonheid van de natuur, oude mythes en verhalen, andere culturen en uit de verbindende geschiedenis van het eigen land. Er was aandacht voor 'het sublieme': de onbevattelijke grootsheid van het leven.
Kunstenaars uit de romantiek verkozen passie en emotie boven de regelmaat van het classicisme. Ze wilden alles groots ervaren; daar komt ook ons idee van romantische liefde vandaan.
Wist je dat?
- Niccolo Paganini (1782 – 1840) zo goed viool kon spelen, dat mensen dachten dat hij zijn ziel aan de duivel had verkocht in ruil voor zijn vioolspel?
- Franz Liszt (1811 – 1886) de eerste muzikale superster was? Hij was zelfs zo geliefd dat vrouwelijke fans hun ondergoed op het podium wierpen!
- De Danse Macabre van de componist Camille Saint-Saëns (1835 – 1921) in de Efteling te horen is in het Spookslot?