Instrumentenkennis

Informatie

In de vraag kan er staan: "welk instrument"  of  "welk soort instrument". 

Het is van groot belang dat je goed het onderscheid opmerkt van deze twee formuleringen.

  • Welk instrument: gaat over 1 specifiek instrument

  • Soort gaat over: snaar, strijk, koper/houtblaas, elektrisch, slaginstrumenten etc.

 

Hoe pak je ‘welk instrument’ aan: werk van groot naar klein::

1. Bij welke groep hoort het? (voor het voorbeeld kiezen we ‘blaas’)

2. Is het hout of koper? (voor het voorbeeld kiezen we ‘hout’)

3. Is het hoog of laag? (voor het voorbeeld kiezen we ‘laag’)

4. Welk lage houten blaasinstrument ken je?

 

Oefen bij EARZ 'instrumenten' en 'effecten' of volg deze links naar de informatie op deze website:

Voorbeeldvragen Havo

1. Uit welke onderdelen bestaat het drumstel?

2. Klinkt het als een idiofoon of membranofoon?

3. Luister naar de hoogte/laagte van de drumstelonderdelen.

Antwoord: snaredrum

1. Uit welke onderdelen bestaat het drumstel?

2. Klinkt het als idiofonen of membranofonen?

3. Luister naar de hoogte/laagte van de drumstelonderdelen.

Antwoord: 1. bassdrum/kickdrum. 2. hi-hat

  1. Luister naar het fragment.
  2. Wat voor soort instrument hoor je; idiofonen of membranofonen?
  3. Welke speeltechnieken hoor je; slaan met handen, slaan met stokken, raspen, schudden of tegen elkaar aan slaan?
  4. Welke instrumenten ken je?

Antwoord: twee van de volgende:
− conga’s / ook goed: bongo’s / djembé
− cowbell / agogo bells
− guiro / ook goed: rasp
− timbales

    1. Luister naar het fragment.
    2. Wat voor soort instrument hoor je; strijk-, slag- of blaasinstrumenten?
    3. Bij blaasinstrumenten; is het koper of hout?
    4. Welke instrumenten ken je?

    Antwoord: trompet

    Voorbeeldvragen VWO

    1. Luister naar het fragment.
    2. Wat voor soort instrument hoor je; strijk-, slag- of blaasinstrumenten?
    3. Bij blaasinstrumenten; is het koper of hout?
    4. Kan je de melodie vinden in de bladmuziek? Sleutels kunnen je veel vertellen over de instrumenten. De C-sleutel wordt namelijk alleen gebruikt voor de alt-viool.

    Antwoord: altviool en cello

    1. Luister naar het fragment.
    2. Wat voor soort instrument hoor je; strijk-, slag- of blaasinstrumenten? 
    3. Bij blaasinstrumenten; is het koper of hout?
    4. Luister naar laagte en hoogte van de instrumenten.
    5. Welke hoge en lage instrumenten ken je?

    Antwoord: melodie: hobo 1 - tweede stem: fagot