Intervallen


Intervallen

Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kunnen twee tonen zijn die tegelijkertijd klinken (tweeklank) of twee tonen die na elkaar klinken.

 

Een melodie bestaat uit intervallen die na elkaar te horen zijn. Een akkoord (drieklank) en een tweeklank bestaan uit intervallen die tegelijkertijd klinken. 

Toonladder

Intervallen komen voort uit een toonladder. Je kunt steeds van een noot uit de toonladder naar een andere noot uit de toonladder gaan. Een interval is een afstand tussen twee tonen. Elke afstand heeft zijn eigen naam.

 

De prime is een afstand tussen dezelfde noten. (C-C)

Bij een secunde (Latijn voor ‘twee’) ga je van de eerste noot van de toonladder naar de tweede noot. (C-D)

Bij een terts (‘drie’) ga je van de eerste noot naar de derde noot. (C-E)

Bij een kwart (‘vier’) ga je van de eerste noot naar de vierde noot. (C-F)

Naar de vijfde noot = kwint (C-G)

Naar de zesde noot = sext (C-A)

Naar de zevende noot = septiem (C-B)

Naar de achtste noot = octaaf (C-C')

Elk interval kan op elke noot beginnen. Tel de tussenliggende noten. Bijvoorbeeld:

Toonsafstanden

Intervallen kunnen benoemd worden met een naam, zoals secunde, terts en kwart. Een andere manier om een interval te benoemen is met het aantal toonafstanden.

 

We kijken hierbij naar de toonafstanden op de piano: tussen elke twee opvolgende toetsen, wit of zwart, zit een halve toonafstand. Twee halve toonafstanden vormen samen een hele toonafstand.

Let op! Tussen de E en de F zit een halve toonafstand, want daar zit geen zwarte toets tussen, net als tussen de B en de C. 

Groot, klein of rein

Een aantal intervallen zijn onder te verdelen in grote en kleine intervallen. De grote intervallen zijn steeds een halve toonafstand groter dan de kleine intervallen.

Bij de intervallen prime, kwart, kwint en octaaf zijn er geen verschillen in groot of klein. Deze intervallen heten rein.

 

Consonant en dissonant

Elk interval heeft een bepaalde klank. Sommige intervallen klinken prettig in de oren, zoals een terts of een sext en sommige klinken minder prettig zoals een secunde of een septime. In de muziek heet dit consonant of dissonant.

Overmatigd of verminderd

Daarnaast zijn er intervallen die rein, verminderd of overmatig kunnen zijn.

Dit zijn de kwart, kwint, octaaf. De overmatigde kwart en verminderde kwint worden ook wel tritonus genoemd. Dit interval bestaat namelijk uit drie hele toonafstanden. Het is het enige interval dat hetzelfde klinkt als zijn omkering; de overmatige kwart is namelijk enharmonisch gelijk aan de verminderde kwint. 

Ezelsbruggetjes luisteropdrachten

Om intervallen te kunnen onderscheiden, is het gemakkelijk om er een lied aan te koppelen. Hieronder een aantal voorbeelden. Het eerste voorbeeld is het interval omhoog en het tweede voorbeeld omlaag.

 

Kleine secunde

 

 

 

 

Grote secunde

 

 

 

Kleine terts

 

 

Grote terts

 

 

 

Reine kwart

 

 

 

Tritonus

 

Reine kwint

 

 

Kleine sext

 

Grote sext

 

 

 

Klein septiem

 

Groot septiem

 

Octaaf

White Christmas (“I’m dreaming…”)

Jaws

Pink Panther

Oh Danny Boy

 

Vader Jacob

Stille nacht

Do-re-mi

 

Greensleeves (“Alas my love…”)

Opzij, opzij, opzij

 

Er is een kindeke

Oh when the saints

Hop, hop, hop, paardje in galop

 

Wilhelmus

O denneboom

Zie ginds komt de stoomboot

 

Maria

 

Kortjakje

Scarborough fair

 

Erbarme dich

 

Berend Botje

My Bonnie lies over the ocean

Jingle Bells ("Dashing through the snow..")

 

Somewhere (“There’s a place…”)

 

Take on me

 

Somewhere over the rainbow

Für Elise

Joy to the world

 

 

 

Yesterday

Last Christmas

Mamma mia

 

Boer wat zeg je van mijn kippen

Hey Jude

 

Daar was laatst een meisje loos

Slaap, kindje, slaap

Swing low sweet chariot

 

Lang zal ze leven

Eine kleine Nachtmusik

Komt allen tezamen

 

 

 

Flintstones

It don’t mean a thing

 

Love story (“Where do I begin…”)

 

Nobody knows the trouble I've seen