Maat en Ritme
Middeleeuwen (476 - 1400)
Bij vrije ritmiek is het ritme niet gebonden aan een maatsoort. Er is geen duidelijke puls aanwezig. In de gregoriaanse muziek uit de middeleeuwen komt veel vrije ritmiek voor.
Renaissance (1400 - 1600)
Tweedelige maatsoort
In een tweedelige maatsoort is elke maat in twee groepen of een veelvoud van twee groepen te verdelen, waarbij de groepen gelijk zijn in lengte. Voorbeelden hiervan zijn de vierkwartsmaat (soms genoteerd met een ‘C’) en de zesachtste maat. Ook een maatsoort die maar uit twee tellen bestaat, bijvoorbeeld een tweekwartsmaat, is een tweedelige maatsoort. Elke groep bestaat dan uit één tel.

Driedelige maatsoort
In een driedelige maatsoort is elke maat in drie groepen te verdelen, waarbij de groepen gelijk zijn in lengte. Een voorbeeld hiervan is de negenachtstemaat. Ook een maatsoort die maar uit drie tellen bestaat, bijvoorbeeld een driekwartsmaat of drieachtstemaat, is een driedelige maatsoort. Elke groep bestaat dan uit één tel.

Ritmiek op basis van de tactus
Met tactus wordt de pulsbeweging in een ritmische structuur bedoeld, die niet is gebonden aan een bepaalde maatsoort.